De eerste weken vakantie - Reisverslag uit Paramaribo, Suriname van Manon Welleweerd - WaarBenJij.nu De eerste weken vakantie - Reisverslag uit Paramaribo, Suriname van Manon Welleweerd - WaarBenJij.nu

De eerste weken vakantie

Door: Manon

Blijf op de hoogte en volg Manon

26 April 2015 | Suriname, Paramaribo

Lieve volgers,

In mijn vorige reisverslag vertelde ik al dat wij op donderdag 2 april Wilco (de vriend van Wilma) hadden opgehaald van Zanderij. Hij kwam hier voor 10 dagen, samen met een vriend van hem (Gerben). We hadden voor die 10 dagen een druk programma voor de boeg, waarover ik jullie in dit verslag meer zal vertellen.

Die vrijdag stond de eerste activiteit op het programma, de speedboottrip. We werden om half 10 bij ’t Vat verwacht, waarna we met de bus verder zouden gaan. Onze favoriete gids Venski, van twee jaar geleden, stond ons al op te wachten. Met zijn zessen zijn we richting Paranam gereden. Daar hebben we nog wat eten gehaald bij een warung voor onderweg, waarna we ons richting de opstapplaats begaven voor de speedboot. Daar aangekomen kwam ook net de bootsman Elvin aanrijden, waardoor we direct konden vertrekken. Met zijn zevenen zaten we in de speedboot, met een enorme snelheid deinend op de Surinamerivier. Allereerst zijn we langs Torarica gevaren. Niet het hotel wat zich nu in Paramaribo bevindt, maar de oude hoofdstad van Suriname. Daarna gingen we verder richting Groot Chatillon. In het begin van de 20ste eeuw werden de lepralijders hier heen gebracht, zodat ze niemand konden besmetten. De bedoeling was om daar aan te meren, maar doordat het zo weinig geregend had stond het water erg laag en was de kant veel te hoog om op te klimmen. We zijn toen langs White Beach gevaren en hebben daarna een stukje door de mangrove gevaren bij Overbridge. Later zijn we daar aangemeerd. We hebben wat gegeten en een stukje gewandeld, waar we weer verschillende insecten en bomen zijn tegen gekomen. Na daar een uur te zijn geweest, was het tijd voor een verfrissende duik. We zijn midden op de Surinamerivier gestopt bij een kleine zandbank, waardoor het lijkt alsof je op de Surinamerivier loopt. Verderop lag een klein eilandje, waar we even hebben kunnen zonnen tussen het zwemmen door.

Vervolgens was het tijd om door te varen richting de kapotte Carolinabrug. Deze brug is echt bizar om te zien. De brug is een aantal jaar geleden gebouwd door de Amerikanen. Zij hebben deze brug gebouwd voor de toevoer van bauxiet. Toen de brug eenmaal af was, was er een dronken schipper die met zijn boot tegen de brug aan voer. De brug stortte voor een deel in en werd zo achter gelaten. Vorig jaar gebeurde hetzelfde weer, maar aan de andere kant van de brug. Zo is het gekomen dat alleen het middelste deel van de brug nog overeind staat, samen met de beide zijkanten. De stukken daar tussen liggen onder water. Ook hier zijn we aangemeerd, waarna we een stuk over de brug hebben gelopen. Een eind verderop is er een nieuwe brug gebouwd, met een nieuwe constructie. Het is gebouwd door Ballast Nedam, waardoor het even lijkt alsof je in Nederland bent wanneer je er naar kijkt. Er is een mooi voet-/fietspad langs aangelegd, terwijl er eigenlijk amper fietsers of wandelaars zijn, zover buiten de stad. Onze laatste plek waar we zijn aangemeerd was de Jodensavanne. Ook wel Jeruzalem aan de rivier genoemd. Hier kwamen in de 17de eeuw de Spaanse en Portugese joden om te ontsnappen aan de vervolging. Hier was een ruïne van een synagoge te zien. Natuurlijk wilde Venski, als spinnenliefhebber, hier op zoek naar een vogelspin. Als een echte gids had hij deze dan ook binnen een paar minuten gevonden en gevangen. Het was weer even aftasten, na twee jaar geen spin op je te hebben gehad, maar uiteindelijk liet ik hem weer over mijn gezicht heen lopen. Later zijn we door gelopen naar de joodse begraafplaats, waar allerlei graven lagen, schots en scheef. Hoe hoger het graf, hoe belangrijker je was in die tijd. Daarna zijn we nog naar een kreekje gelopen met heilig water, waarmee we ons gezicht even hebben gewassen. Toen was het tijd voor de terugreis. We zijn helemaal terug gevaren naar het beginpunt, waarna we weer met de bus richting Paramaribo zijn gereden. Het was een heerlijke dag, waarbij we veel hebben gezien!

Zaterdag moesten we weer vroeg ons nest uit, om een nieuw avontuur aan te gaan: Bumpy Ride! Om 10 uur werden we weer bij ’t Vat verwacht, om daar opgepikt te worden. Met Larry, onze gids, zijn we iets voor Zanderij afgezet. Daar stonden de 500cc quads ons al op te wachten. Enigszins huiverig hebben wij een proefrondje gemaakt, waarna we op pad konden. Het was even wennen, omdat het allemaal handenwerk is en je dus niets met je voeten hoeft te doen. Imke en ik deelden samen een quad, waarbij we om de beurt een stuk zouden rijden. Wilma zat bij Wilco achterop en Gerben had een eigen quad. Imke begon met rijden. We begonnen op een rustige zandweg, die om het vliegveld heen ging. Het was leuk om het vliegveld ook eens van deze kant te bekijken. Via het asfalt gingen we richting de savanne. Dit was ontzettend gaaf om te rijden, omdat je hier op volle snelheid over het zand heen kon. Ik kwam er ondertussen ook achter dat het nog een hele kunst was om stabiel achterop te zitten, maar ook dit ging steeds beter. Na een stuk rijden hebben we even wat gedronken, waarna het mijn beurt was om achter het stuur te kruipen. In het begin was het nog even wennen, maar ook ik kreeg de quad steeds beter onder de knie waardoor het tempo al snel opgevoerd kon worden. Zowel Imke als ik reden als volleerde bestuurders door de savanne. Samen hadden we de grootste lol om hoe hard we wel niet gingen en hoe Imke achterop aan het hobbelen was. Toen kwam daar het moment om de jungle in te gaan. We hadden al van verschillende kanten gehoord dat je in de jungle vies zou worden van de grote plassen die er zouden liggen. En jawel, daar waren ze. De plassen waren enorm. Met quad en al reden Imke en ik, tot bijna aan onze knie, door de plassen heen. We kregen een enorme adrenaline kick, waardoor ik ietwat werd meegesleurd in mijn enthousiasme en teveel gas bij gaf in één van de plassen. Hierdoor deed de quad iets anders dan wat ik wilde, en we vlogen uit de plas de bosjes in. Ondanks het lachen wist ik nog op tijd te remmen, waardoor we niet extreem ver in de bosjes terecht kwamen. Slap van het lachen kwamen we tot stilstand, waarna we met wat hulp weer achteruit de plas in konden rijden om weer verder te gaan. Zo hebben Imke en ik beide een stuk van zo’n 25km gereden, omdat we 50km in totaal hadden gereden. Het laatste stuk was voor mij weer de beurt om te rijden. Nog een klein stukje door de jungle, waarna we via de savanne weer richting het vliegveld zouden gaan. De plassen waren inmiddels het favoriete stuk van Imke en mij, omdat we toch al deels zwart waren gekleurd door het zand. Bij de laatste plas hoorde ik een schreeuwende Imke achter mij ‘GAAAS!’ roepen, wat ik mij natuurlijk niet twee keer liet zeggen. Met volle snelheid reden we door de plas heen, en het water spatte tot over onze hoofden omhoog. Bij het vliegveld kwamen we weer deels op asfalt terecht, waardoor we echt snelheid konden maken. Uiteindelijk hebben we vol gas met 60km per uur gereden, wat een kick! We hebben een heerlijke middag gehad en enorm genoten. Als afsluiter hebben we in Lelydorp nog wat gegeten bij een Javaans restaurantje, waarna we nog een afterborrel hebben gehad hier op het balkon.

Zondag was een rustdag. We hebben heerlijk aan het zwembad gelegen en hadden ’s avonds een feest buiten de stad: Sun Glam. Met de partybus zijn we de kant van White Beach op gereden, naar het Leguana park. Hier hebben we lekker met onze voeten in het zand genoten van fijne deuntjes. Toch zijn we wel wat eerder naar huis gegaan, omdat we die maandag erop voor vier dagen op trip zouden gaan.

Maandagochtend werden we namelijk om half 8 ’s morgens al verwacht bij ’t Vat. Een vierdaagse trip naar Blanche Marie stond op het programma. Bij ’t Vat stonden er al jeeps klaar om te vertrekken. Naast Wilma, Imke, Wilco, Gerben en ik waren er nog vier Belgen die bij ons aan sloten. Wilma, Imke en ik namen plaats in de jeep bij Larry. Na een uur rijden kregen Imke en ik gezelschap op de achterbank; een enorme muziekbox. Onder het genot van heerlijke muziek konden we onze weg vervolgen voorbij het vliegveld, waar we even hebben ontbeten en waarna we via de bauxietweg het binnenland in gingen. Het was een enorm gehobbel en gebobbel. Het was kurkdroog, waardoor er constant dikke bauxietwolken omhoog waaiden. Doordat de airco in de jeep kapot was en we maar gebruikt maakten van de arko (alle ramen kunnen open), veranderen wij langzaam maar zeker in oranje worteltjes. Vooral Imke en ik waren de sjaak, omdat wij achterin zaten en alles van voor naar achter naar binnen waaide. Na wat tussenstops en zo’n vier uur rijden bereikten we Witagron, een stopplaats om te lunchen. Hier kwamen ook alle studenten aan die van Ralleighvallen kwamen, want zij waren bezig met hun terugreis richting de stad. Hier sloten nog negen Belgen zich bij ons aan, waardoor wij als Nederlanders sterk in de minderheid waren. Ook pikten we op Witagron onze gids Rudi op, hij was de derde Rudi die mee ging. Na een heerlijke lunch hadden we met Ruben geregeld dat zijn ipod mee kon, waar ik zelf een tijdje geleden muziek op had gezet. Hierdoor konden we onze weg weer op de bauxietweg vervolgen, onder het genot van onze eigen playlist. De bauxietweg werd er helaas niet minder op. Enorme stofwolken kwamen omhoog en nog altijd werden we door elkaar geschud door de slechte weg. Even dutten op de achterbank was er dus niet bij. Imke en ik vonden het wel tijd voor wat actie in de jeep en besloten dan ook het ‘Q-music foute uur’ te imiteren. Van ‘Last Christmas’ en ‘Mamma Mia’, tot aan ‘Ademnood’ en ‘All I want for Christmas’, alles kwam voorbij. Je moet je voorstellen dat het zingen van kerstliedjes, in een hobbelende jeep met wel 30 graden, een komisch gezicht was. Na in totaal tien uur, inclusief tussenstops, te hebben gereden, kwamen we dan eindelijk aan in Apoera. Dit is een dorp voorbij Blanche Marie. We stopten bij een grote kampeerboerderij, die aan het water lag. Aan de overkant van het water was het buurland Guyana te zien. Bij het kamp konden we onze hangmatten ophangen en hebben we heerlijke saoto soep gegeten. ’s Avonds hebben we nog wat drankjes gedronken en spelletjes gedaan, waarna het op een gegeven moment wel tijd was om onze hangmat in te kruipen.

Dinsdag werden we om half 9 al aan het ontbijt verwacht. Om half 10 stond er een bezoek aan een vervallen treinstation en een dorpswandeling op het programma. Wederom met de jeep de hobbelweg op, richting het treinstation. Gelukkig hoefden we hiervoor maar een kwartiertje te rijden. Het treinstation was bizar om te zien, dat dit er nog staat. Dit treinstation zou er voor zorgen dat er bauxiet vanuit Apoera naar het binnenland vervoerd kon worden. Helaas, toen Suriname in 1973 onafhankelijk werd, kregen zij geen geld meer van Nederland en werd het onmogelijk om verder te bouwen. Daarom zag het er ook vervallen en spookachtig uit. Zonde, want het is een mooie constructie. Na dit bezoek hebben we het dorpje ‘Sand Landing’ bezocht. In dit dorp wonen indianen in hun typische indianenhutjes. Het leven hier is nog erg traditioneel. De mannen zorgen voor de kost en de jacht, de vrouwen zorgen voor de kinderen en het huishouden. De dames uit het dorp verkochten nog wel sieraden aan de toeristen, waardoor ik hen ook nog even gesponsord heb door een mooi armbandje te kopen. Later zijn we het dorp ingewandeld, waardoor we kennis maakten met kookgerei en verschillende producten. Ook hebben we de katoenboom gezien. Het was erg indrukwekkend om te zien hoe zij daar leven, ondanks alles toch gelukkig met alles wat ze hebben.

’s Middags hadden we tijd voor onszelf, wat resulteerde in een lekker middagdutje in de hangmat. Om half 5 zijn we richting Apoera gereden om daar een rondleiding te krijgen. Apoera zou de derde stad van Suriname worden, naast Paramaribo en Nieuw Nickerie. Helaas is dit niet gebeurd. Er wonen nu zo’n 2500 mensen in Apoera. Na het bezoeken van een winkel en het bekijken van een school en een polikliniek zijn we nog naar twee andere dorpjes gereden. In één van die dorpen was een veld waar jongens aan het voetballen waren. Hier hebben we een tijdje gekeken, waarna we weer terug zijn gegaan naar ons kamp. Daar aangekomen kregen we heerlijke aardappelsoep en stond er weer een leuke avond op het programma. We hadden een kampvuur gemaakt en hebben onder het genot van muziek genoten van lekkere drankjes.

Woensdag moesten we vroeg onze hangmat uit, omdat we die dag verder zouden reizen naar Blanche Marie, de plek voor de laatste twee dagen. Na het ontbijt hebben we alles opgeruimd en was het tijd om te vertrekken. Met alle jeeps zijn we weer terug gereden de bauxietweg op, in de richting van Paramaribo. Na een half uur gereden te hebben moesten we een afslag hebben, waar we eerst zouden wachten totdat alle jeeps er zouden zijn. Na een kwartier gestopt te hebben mistte er nog één jeep, maar toch zijn we gaan rijden. Met de jeep zijn we diep de jungle in gereden. De weg werd slechter en de jeep had moeite met de heuvels en de gladde modder. Helaas kon onze jeep één heuvel niet aan, waardoor wij uit moesten stappen en te voet de heuvel op moesten. Na een uur gereden te hebben kwamen we om half 1 aan bij Blanche Marie. En wauw, wat is het daar mooi! Het verblijf was ietwat vervallen sinds het overlijden van de eigenaar, maar de omgeving maakt alles goed. Wat een prachtige plek met ongerepte natuur. Ook hier hebben we onze hangmatten geknoopt en toen was het tijd voor de lunch. De laatste jeep was alleen nog steeds niet gearriveerd, waardoor twee gidsen besloten om terug te rijden en om te kijken wat er aan de hand was. Uiteindelijk kwam om half 3 de laatste jeep aan rijden. Onderweg hadden zij een lekke band gekregen, maar niemand van de andere drie jeeps had dat gemerkt. Bellen naar elkaar heeft geen zin, omdat je zover in het binnenland zit en dus geen bereik hebt. Ook hadden ze verschillende voorbijgangers gemeld dat zij nog achter bleven, maar helaas waren wij al te ver vooruit. Gelukkig was er een reserveband, weliswaar de tweede die werd gebruikt omdat er maandag ook al een band lek was, en konden ze na het wisselen van de band weer verder.

Na de lunch zijn we naar de Blanche Marie watervallen gewandeld. Deze schenen echt enorm indrukwekkend te zijn. Helaas is het nu de droge tijd, waardoor er wat minder water was dan tijdens de regentijd. Maar wat was het prachtig om die enorme watervallen met de rotsen te zien! We hebben lekker gezwommen in de waterval, waarna het na een uurtje weer tijd was om terug te gaan. Aangekomen op onze verblijfplaats heb ik Wilma en Imke meegenomen om te baden (douchen) in de rivier. Ik had dit twee jaar geleden ook al gedaan op Ralleighvallen, en het is gewoon leuk om eens te doen. Met shampoo, crèmespoeling en douchegel zijn wij de rivier in gegaan. Er werd wel gewaarschuwd voor sidderalen, deze wilden wij alleen liever niet tegen komen of beter gezegd voelen. We gingen dus in de stroming van de rivier (daar komen ze niet snel) op een steen liggen en toen was het tijd om te baden. Fris en schoon hebben we lekker spelletjes gespeeld, terwijl er avondeten werd bereid. We hebben heerlijke gebarbecuede kip met pasta en salade gegeten, waarna het om tien uur ’s avonds tijd was voor ‘de jacht’.

Eén van de gidsen (Rudi) ging met zijn jachtgeweer en jachthond voorop, daarachter achttien Nederlanders/Belgen en de andere gids Rudi achterop. We hadden allemaal een lange broek en een vest of trui aan. Best spannend was het toen we vertrokken. We moesten heel stil zijn en tien meter afstand houden van de voorste Rudi, omdat er kans was dat we dieren zouden spotten die geschoten moesten worden. Na wat honderden meters en een flinke klim besefte ik me dat we niet veel zouden vangen. Zo voorbereid als wij waren, hadden Wilma, Imke en ik geen zaklamp mee genomen naar Blanche Marie, laat staan naar Suriname zelf. Zo volgden wij andere voeten en zaklampen. Daar liepen we dan, in het pikkedonker in de jungle met het zweet op onze rug. We waren al een hele poos stil geweest en schoten dan ook af en toe in de lach als we weer veel gekraak en geschuif onder onze voeten hoorden, door de hobbelige weg en de losliggende steentjes. Na een tijdje bleef er een groot blad onder mijn voet hangen die ik zeker drie stappen meesleurde. Tot zover de stilte. We vonden het zelf erg grappig maar probeerden zo stil mogelijk te blijven. Gelukkig liepen we achteraan. Na 100 meter waren mijn voeten weer aan de beurt: ik bleef achter een hoge boomwortel haken waardoor ik nog net niet onderuit ging. Dit was toch wel het einde van onze concentratie. Uiteindelijk stopten we, waar we de gelegenheid kregen om te schieten met het jachtgeweer, voor wie dat wilde. Na geobserveerd te hebben wat voor enorme terugslag je krijgt met zo’n geweer, besloot ik om het maar niet te doen, om ongelukken te voorkomen. Toen was het tijd voor de terugweg. Even leuk, een gladde bauxiet- en jungleweg met kuilen en heuvels. Gelukkig hoefden we nu niet meer stil te zijn en waren we blij toen we weer terug waren bij het verblijf. Daar aangekomen hebben we samen met de gidsen nog wat gedronken, maar ondertussen was het ook alweer half 3 en dus tijd om onze hangmat weer in te kruipen.

Die donderdag stond namelijk in het teken van de terugreis. Om tien uur ’s morgens zouden we vertrekken richting Paramaribo. Allemaal voorbereid op de enorm lange reis die we tegemoet zouden gaan. Na anderhalf uur gereden te hebben hadden we een stop, om te checken of iedereen wel mee kwam. Twee jeeps kwamen achter ons aan en de laatste jeep bleef achterwege. Wederom is er een jeep omgedraaid en terug gegaan om te kijken wat er aan de hand was. Wederom een lekke band, de derde in vier dagen. Dit was tevens ook de laatste reserveband die we mee hadden, dus meer lekke banden konden we zeker niet gebruiken. Het duurde anderhalf uur voordat de band vervangen was. Wij zaten langs de bauxietweg, in the middle of nowhere, op wat boomstammen te wachten. Op een gegeven moment spotten wij aan de overkant een slang. Het was een enorme slang en hij bleek ook nog eens een van de meest giftige slangen van Suriname te zijn: de Sapakara slang. Na wat kiekjes te hebben geschoten op een redelijk veilige afstand (dachten wij, later bleek dat we gevaarlijk bezig waren geweest..) zijn we weer verder gaan wachten op de rest. Uiteindelijk konden we verder. Op Witagron hebben we geluncht en daarna konden we onze weg vervolgen richting Paramaribo. Wederom veranderden we in oranje wortels. Rond acht uur ’s avonds waren we weer in de bewoonde wereld, naast Zanderij. Daar werd besloten om verder te gaan met de bus, omdat het een te groot risico was om nog een uur verder te rijden met de jeeps, in verband met de vele lekke banden die we al gehad hadden.

Eenmaal in de bus konden we lekker chillen en werden we niet meer door elkaar geschud. Toen kwam er het volgende: een meisje die met ons mee was op trip vertelde dat ze haar fotocamera had laten liggen bij het vliegveld in het toilet. We moesten dus met de bus terug.. helaas maar noodzakelijk. Eenmaal bij het toilet was de camera weg en het meisje in paniek en tranen. Ze was acht dagen aaneengesloten op trip geweest en nu dus alle foto’s kwijt. Gelukkig waren er een paar (in mijn ogen) ‘te’ behulpzame jongens. Zij wilden wel helpen en wisten wie de camera had: een ‘kalende man’, aldus de jongens. Helaas was de man al gevlogen en zat er niks anders op dan weg te gaan. De chauffeur van de bus besloot om aangifte te gaan doen bij de plaatselijke politiepost. Dit duurde allemaal lang en er werd eigenlijk weinig gedaan. Een ander meisje drong erop aan om de camerabeelden te bekijken, want het meisje waarvan de camera weg was zou een paar weken na deze dag al naar Nederland vertrekken. De politie besloot om toch direct ter plaatse te gaan kijken, inclusief het meisje. Na een kwartier kwamen ze al terug met ‘een kalende man’, én haar camera! Uiteindelijk heeft ze haar camera terug, maar hoe.. dat blijft een raadsel. Toen ze weer bij het vliegveld aankwam, kwam dezelfde jongeman weer op haar af. Ze vermoedde zelf dat hij de camera in zijn tas had, en ze bood hem aan dat hij de camera wel mocht houden als zij de geheugenkaart maar mocht hebben. Op dat moment kwam ‘de kalende man’ er aan met de camera in zijn hand. Echt raar.. Uiteindelijk waren we om half 11 in de avond eindelijk terug bij huis. Tijd om wasjes te draaien en ons bed in te duiken.

Die vrijdag hebben we bij Wilma op school gekeken samen met Wilco en Gerben. Het was erg leuk om haar werkplek nu eens in het echt te zien, zodat je ook een beeld hebt bij de verhalen die ze vertelt. De woensdag in die week was de avondvierdaagse van start gegaan, dus hier wilden we vrijdag graag bij kijken. Iedere dag wordt er een afstand gelopen door zowel groepen als individuele lopers, waarbij er veel publiek langs de kant aanwezig is. Ook zijn er diverse hotspots waar de groepen iets moeten opvoeren. Vaak is dit een dans. Het was erg leuk om dit na twee jaar weer eens mee te maken. Na een gezellige avond in Touché was het die zaterdag tijd om weer richting Zanderij te rijden, omdat de jongens weer naar Nederland zouden vertrekken. De terugweg durfde ik het aan om ook een stuk te rijden in Wilma’s auto. Gelukkig was het een automaat en was ik, door de vele maanden dat ik hier al ben, het al gewend om links te rijden en om aan de rechterkant te zitten als bestuurder. Die avond zijn we weer wezen kijken bij de avondvierdaagse, alweer de laatste avond. Wederom genieten!

De week erop hadden Wilma, Imke en ik nog een weekje voor onszelf. We zijn voornamelijk bezig geweest met het bijwerken van foto’s, het bezig zijn voor werk en het inschrijven voor een nieuwe opleiding. Ook zijn we nog een middag langs geweest bij Roos en Gio, om hun nieuwe huisje te bekijken. Dit resulteerde in een avondje uit eten met zijn vieren bij Bar Zuid en een afterborrel op ons balkon. Die vrijdag erop werd er nog heerlijk Surinaams voor ons gekookt, door een vriend van ons: heri heri. Het heeft heerlijk gesmaakt en het is leuk om zoveel verschillende culturele gerechten te proeven hier. Die zondag zijn we met zijn drieën een dagje naar Colakreek geweest. Koelbox, hangmatten en zwemspullen mee en gaan met die banaan! Onderweg stoppen om wat eten en drinken te halen en een heerlijk dagje genieten aan het water.

Afgelopen week was het voor Wilma weer tijd om aan het werk te gaan. Imke en ik genieten nog heerlijk van onze vrije dagen. Zo gaan we de stad in, lunchen we ergens of genieten we van het weer. Toch heeft het de afgelopen week ook veel geregend, waardoor we soms verplicht waren om thuis te blijven. Afgelopen donderdag hebben we lekker gechillt bij de waterkant onder het genot van een satétje en een chiller. We zijn al flink ingeburgerd! Die avond zijn we weer met de partybus de stad door getourd, onder het genot van drankjes. We werden toen afgezet bij Havana, waarna we onze avond hebben voortgezet. Die vrijdag stond een etentje met de directrice van de Kangoeroeschool op het programma. Waar we naar toe zouden gaan was nog een verrassing. We kwamen terecht bij een gezellig Mexicaans/Spaans restaurant, waar we heerlijk hebben gegeten en hebben bij gepraat. Het was erg leuk om elkaar eens in een andere setting te spreken. Na Miami gaan we zeker nog eens langs op de Kangoeroeschool! Later die avond naar Touché, met voorafgaand gezellig bezoek van vrienden. Gisteren werden we al behoorlijk gesloopt wakker, maar we ‘moesten’ die avond nog naar een feestje: Kingsland Parabello. Een feest ongeveer een uur buiten de stad, ter ere van koningsdag in Nederland. Best bizar om daar bij stil te staan, als je bedenkt dat we er 8000km van af zitten. Al met al een leuk feestje, met heerlijke muziek en gezellige mensen!

Inmiddels is het alweer het begin van zondagavond. Ik wilde dit reisverslag vandaag af hebben, omdat we morgen namelijk vertrekken naar MIAMI! Ik zal daarna ongetwijfeld weer veel te vertellen hebben, en aangezien ik altijd erg goed ben in het kort houden van verslagen (not) moest deze vandaag af. Ik ga straks proberen om in een sneltreinvaart mijn koffer te pakken, mijn camera leeg te halen en mijn telefoon aan te vullen met muziek. Daarna hoop ik wat te kunnen slapen, want we zullen morgen om zes uur ’s morgens vertrekken richting het vliegveld. Om 09.15 uur vliegen we, waarna we om 15.30 uur in Miami (lokale tijd) zullen landen. Ik ben heel benieuwd wat komende week ons zal brengen. Eerst vier dagen in Miami zelf, daarna vier dagen op een cruise naar Nassau en de Bahama’s. We gaan het zien! Hierover later meer.

Bedankt voor het lezen, en tot het volgende reisverslag! xxx

  • 28 April 2015 - 21:58

    Je Pappie En Mammie:

    Wat een kort verslag 'dit keer'...
    Kort en bondig ( .. ) maar weer leuk om te lezen. Net als altijd, alsof je het zelf beleeft. Leuk hoor!
    En bij sommige belevenissen hebben we ook een beeld natuurlijk, omdat we er zelf zijn geweest of iets vergelijkbaars hebben meegemaakt.
    Momenteel ben je in Miami, ook daar zul je weer veel beleven. Geniet er lekker van, óók van de cruise die jullie gaan doen. Geweldig!
    Hééééé'l veel plezier, gezelligheid en lol wensen we jullie toe, maar dat komt zeker weten goed.

    Dikke kus en knuffels van ons.

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Manon

Actief sinds 18 Dec. 2012
Verslag gelezen: 501
Totaal aantal bezoekers 18625

Voorgaande reizen:

23 November 2014 - 14 April 2015

Suriname 2014/2015

26 Januari 2013 - 26 April 2013

Suriname 2013

Landen bezocht: